De CROW 500-richtlijn heeft één duidelijk doel: graafschades voorkomen door samenwerking van de graafketen. Het Kabel en Leiding Overleg (KLO), de wetgever en toezichthouder zetten zich hard in om de graafketen vóór 2022 CROW 500-proof te maken. Theo Ellenbroek schreef mee aan de CROW 500. Hij is lid van het KLO en relatiemanager bij VolkerWessels Telecom. Volgens hem kan de grondradar van MapXact een grote rol spelen in het behalen van deze doelstelling.
Het Kabel en Leiding Overleg pakt de draad weer op. In samenspraak met het ministerie en het Agentschap Telecom zorgt deze organisatie dat de CROW 500, die sinds 2016 bestaat, vanaf 2022 volledig geïmplementeerd is binnen de graafketen. Deze richtlijn focust zich op het voorkomen van graafschades aan de hand van fases voorafgaand aan graafwerk. Daarbij is het belangrijk dat iedereen zich binnen de keten bewust is van de rol en de verantwoordelijkheid die ze hebben bij het voorkomen van graafschades.
CROW 500 moedigt gebruik grondradar aan
Waar in de voorgaande richtlijn, de CROW 250, nog duidelijk staat dat er altijd een proefsleuf gegraven moeten worden om fysiek kabels en leidingen te lokaliseren, moedigt de CROW 500 andere handvaten aan. “In de ‘500’ geven we aan dat we ook juist naar andere methodieken moeten kijken om de ligging van kabels en leidingen te onderzoeken, zoals een grondradar”, vertelt Theo Ellenbroek.
De vijf fases van de CROW 500
De samenwerking tussen die partijen, van initiatiefnemer tot grondroerder, staat in de CROW 500 centraal. De richtlijn bestaat uit vijf fases:
- Initiatieffase – tijd en budget
- Onderzoeksfase – oriëntatie en inventarisatie
- Ontwerpfase – maatregelenplan lokaliseren
- Werkvoorbereiding fase – werkinstructies en graafmelding
- Uitvoeringsfase – instructie en evaluatie
In de initiatieffase dient de initiatiefnemer, de opdrachtgever van het project, tijd en geld te investeren in het onderzoeken van de grond. Zo voorkomt deze partij dat er later graafschade ontstaat. De onderzoeksfase staat in het teken van gebiedsinformatie inventariseren en mogelijke risico’s beoordelen. De ontwerpfase is de fase waarbij het project in kaart wordt gebracht. De initiatiefnemer moet nu fysiek kabels en leidingen laten lokaliseren. Afwijkende liggingen van kabels en leidingen worden hierbij gemeld bij het Kadaster. In de werkvoorbereidingsfase doet de grondroerder een graafmelding en vertaalt het maatregelenplan naar werkinstructies. De laatste fase is de uitvoering, waarbij initiatiefnemer en grondroerder samenwerken aan de afronding van het project.
De grondradar is cruciaal in de eerste fases
“Het is zeer belangrijk om op voorhand te bepalen wie de initiatiefnemer is, want de opdrachtgever is verantwoordelijk voor mogelijke graafschades”. Theo legt dit uit: “In de eerste paar fases (initiatief, onderzoek en ontwerp) moet de opdrachtgever genoeg tijd en geld vrijmaken om vervolgens te bepalen of er mogelijke risico’s in de ondergrond zijn. Hij moet de ondergrond in kaart brengen en kabels en leidingen lokaliseren. In de onderzoeksfase en ontwerpfase, waar bij uitstek dus graafschades kunnen worden voorkomen, is de hulp van een grondradar daarom cruciaal. Het helpt de initiatiefnemer al in het vooronderzoek om een veilig maatregelenplan te maken.”
Eerste scan met grondradar is leidend
De grondradar is volgens Theo zeer behulpzaam om mogelijke risico’s bij project vroegtijdig in kaart te brengen. “Met behulp van de grondradar weten partijen die grote graafwerkzaamheden doen in ieder geval zeker dat de grond vrij is van kabels, leidingen en andere objecten. Zonder vooraf proefsleuven te hoeven graven. Bij het maken van een gestuurde boring is een eerste scan met de grondradar essentieel. De grondradar bepaalt de juiste liggingsgegevens én de afwijkende liggingen. Na het uitsluiten van risico’s, kun je fysiek proefsleuven graven voor het bepalen van de in- en uittrede.”
Tijd en geld
Het behalen van de CROW 500-doelstelling in 2022 hangt voor een groot deel af van bewustwording en verantwoordelijkheid nemen, geeft Theo aan. “We zitten midden in het implementatietraject. Hierbij staat de vraag centraal: hoe kunnen we de CROW 500 gezamenlijk inrichten met alle partijen en wettelijke verantwoordelijkheid nemen met elkaar? Iedereen wil graag graafschades voorkomen en niemand is blij als er een graafschade wordt veroorzaakt. Maar men wil er ook niet te veel tijd en geld aanbesteden. Dat is een kwestie van acceptatie maar ook een kwestie van; hoe krijgen we dit zo efficiënt mogelijk tegen zo laag mogelijke maatschappelijke kosten?
De hele graafketen is verantwoordelijk
De richtlijn van de CROW 500 stelt de verantwoordelijkheid van de gehele graafketen op scherp. Theo vertelt: “Stel, VolkerWessels Telecom krijgt een opdracht van een initiatiefnemer. Wanneer de initiatiefnemer geen tijd en geld beschikbaar stelt, kan VolkerWessels Telecom niet voldoen aan de initiatieffase en de onderzoeksfase en daarmee aan de wettelijke verplichting.” De graafketen is daarom zeer afhankelijk van elkaar en moet samenwerken om graafwerkzaamheden veilig uit te voeren. “De verantwoordelijkheid voor het voorkomen van graafschades ligt bij gemeentes, grondeigenaren, netbeheerders én grondroerders. Als je start met een nieuw project, zorg er dan voor dat je met behulp van de grondradar registreert wat er zich in de grond bevindt. Zo kun je in een vroeg stadium graafschades voorkomen.”
Meer weten over CROW 500 en de richtlijnen om hieraan te voldoen? Download hier de Check & Go kaart van het KLO.
Wat kan MapXact voor u betekenen?
Meer weten of hulp nodig bij het in beeld brengen van de ondergrond? Neem geheel vrijblijvend contact op via onderstaand formulier.